Haas F1: Ocon’s Vergelijking met Alpine

“Er is niet altijd geluisterd naar onze feedback. Daarom zijn sommige problemen na vijf jaar in dit team nog steeds aanwezig.” Met deze woorden keek Esteban Ocon terug op zijn tijd bij Alpine, vlak voor de zomerstop van het Formule 1-seizoen 2024, voordat hij het team verliet. Op dat moment had hij al getekend bij Haas voor 2025. Hij beloofde om een “cirkel” van communicatie op te bouwen voor een efficiënte werkomgeving – in tegenstelling tot Alpine, waar de problemen die hij naar voren bracht volgens hem alleen maar verergerden in plaats van opgelost werden.

Een jaar later, na veertien Grands Prix in zijn eerste seizoen bij Haas, is Ocons oordeel helder: hij heeft het team gevonden waar hij naar zocht. “In vergelijking met mijn eerdere ervaringen is dit een gezonde werkomgeving,” vertelt de ex-Alpine-coureur aan Motorsport.com. “Zoals ik al zei: niemand verbergt zich. Als we iets niet goed doen, dan bespreken we dat en proberen we het de volgende keer beter te doen. En we bespreken het direct na de race. Dat is belangrijk, want als je het niet bespreekt – zoals ik eerder heb meegemaakt – dan herhaal je de fout. Dat is cruciaal.”

“Dit team is buitengewoon gemotiveerd. Het klinkt misschien vreemd, maar ik heb in het verleden mensen gezien die níét gemotiveerd waren – zelfs binnen de Formule 1-paddock. Dat is waarschijnlijk het ergste wat er is. Voor een coureur zoals ik – iemand die zijn hart en ziel in het werk steekt en alles tot in de puntjes voorbereidt voor ik op het circuit ben – is het erg frustrerend om iemand te zien die maandag al uitkijkt naar zijn volgende vrije dag. Dat heb ik eerder meegemaakt. Ik wil niet zeggen dat alles perfect is. Er zijn zaken die verbeterd moeten worden, dat is duidelijk. Maar sinds ik hier ben, hebben we een solide basis om op voort te bouwen en we maken vooruitgang. En ik ben tevreden met hoe het gaat.”

Geen toeval

Ocon was meteen onder de indruk van Haas, toen het team razendsnel het stuur aanpaste op basis van zijn persoonlijke voorkeuren. “Ze ontwierpen een stuur met een dubbele koppeling binnen een maand – dat was echt ongelooflijk,” zegt de Fransman. “Ik was daar enorm door verrast en zoiets heb ik nog nooit bij een ander team gezien, zelfs niet bij de grote teams voor wie ik eerder reed. Normaal duurt zoiets veel langer. Er wordt wel gezegd dat we het kleinste team zijn. Dat klopt. Maar sommige van hun reacties zijn echt van topniveau.”

Haas herpakte zich ook na een teleurstellende race in de Grand Prix van Australië, waar beide auto’s onstabiel waren bij hoge snelheid. Ze kwalificeerden zich achteraan en eindigden ook als laatste in Melbourne – een race die teambaas Ayao Komatsu een “bom” noemde, zeker gezien het feit dat het team in 2024 als zevende eindigde in het constructeurskampioenschap.

Vijf maanden later staat Haas misschien negende in het kampioenschap, maar het team heeft maar liefst 35 punten verzameld – een gemiddelde van 2,5 punten per Grand Prix, het op één na beste gemiddelde in tien seizoenen Formule 1. “Ik sprak met Ayao over verschillende zaken binnen het team en ik was eerlijk gezegd enorm onder de indruk van de reactie die ze gaven na die race,” zegt Ocon. “Niemand verborg zich. Iedereen kwam als één eenheid bijeen, echt als een team, om enkele van de problemen die we tijdens dat eerste weekend in Australië hadden op te lossen. En toen we in China aankwamen, draaiden we het helemaal om. Dat is geen toeval. Dat is het gevolg van de sfeer in dit team. Er wordt niets verdoezeld of met de vinger gewezen naar één persoon.”

Desondanks is er nog veel ruimte voor verbetering als Haas echt een factor in de voorhoede wil worden. Ocon hoopt op het nieuwe technische reglement dat in 2026 van kracht gaat. “We hebben gewoon een snellere basis nodig,” benadrukt hij. “We zullen zien wat volgend jaar brengt. En we moeten dit seizoen ook sterk afsluiten. Maar als we een platform hebben waarmee we vooraan kunnen meedoen, dan zijn we 100 procent klaar om de strijd aan te gaan met de grote jongens. We hebben gewoon iets degelijks nodig om mee te werken op het circuit – de rest ligt aan ons.”