F1: Het Evenwicht Tussen Simpliciteit en Complexiteit

De wijziging in het Formule 1-reglement voor 2026 is een uitdaging voor alle teams en motorleveranciers, maar geldt ook voor de coureurs. Charles Leclerc heeft na zijn eerste simulatorsessies aangegeven dat het compleet anders aanvoelt, terwijl Alexander Albon toevoegde dat het veel complexer wordt voor de rijders. Coureurs zullen meer moeten ‘managen’, wat teambaas James Vowles ertoe bracht te waarschuwen voor een te hoge werkdruk achter het stuur. Daarnaast vereisen de nieuwe bolides een andere rijstijl, waarvoor Williams een speciale werkgroep heeft opgericht om de coureurs te ondersteunen.

“Ten eerste hebben Albon en de andere coureurs nog niet gereden op basis van de definitieve regels,” aldus Nikolas Tombazis in een interview met Motorsport.com. “Dat kan ook niet, aangezien de nieuwe regels nog niet zijn afgerond. Ten tweede is het inderdaad zo dat de werkdruk voor de coureurs toeneemt als we bepaalde zaken niet automatiseren.” Dit laatste is een onderwerp waar de FIA momenteel naar kijkt. “Een deel van het werk tot het begin van volgend jaar gaat over de vraag: hoeveel zal automatisch gebeuren versus hoeveel ligt in handen van de coureurs?”

Geen schaken, maar ook niet alleen een stuur en gaspedaal

Met het managen van de beschikbare energie per ronde, actieve aerodynamica, de Manual Override Mode en andere variabelen, zijn er meer parameters om mee te werken dan voorheen. “We willen de coureurs niet overbelasten, maar tegelijkertijd willen we hun genoeg vrijheid geven om aan te vallen of te verdedigen. Maar een deel zal zeker op een transparante manier geautomatiseerd worden, zodat ze zich daar in de bochten geen zorgen over hoeven te maken.”

De FIA streeft vooral naar een balans. “We moeten een balans vinden tussen rijden als schaken – wat we absoluut niet willen – en het andere uiterste waarin de Formule 1 enkel nog maar uit een stuur, een gaspedaal en een rempedaal bestaat.” Tombazis maakt duidelijk dat het laatste ook niet de bedoeling is. Het moet niet te eenvoudig worden. “We moeten een gulden middenweg vinden.”

Kunnen slimme coureurs het nieuwe reglement echt ‘misbruiken’?

Dit betekent dat de Formule 1 volgend jaar iets complexer kan worden dan nu. Albon gaf aan dat slimme coureurs het reglement mogelijk kunnen ‘misbruiken’, maar lachte later: “Dat woord ‘misbruiken’ is overal de kop geworden! Maar ik bedoelde het niet per se negatief.” De Williams-coureur wilde vooral aangeven dat coureurs die naast het rijden nog ruimte hebben in hun hoofd, een sportief voordeel kunnen behalen.

Volgens Tombazis is dat ook een aspect van de Formule 1. “Slimme coureurs hebben nu ook al een voordeel,” zegt hij. “Een deel van de verschillen die we tegenwoordig zien, komt daar ook uit voort. En dat is niet alleen iets van deze tijd. Zeker in de afgelopen twintig jaar is de mentale capaciteit van een coureur een belangrijke factor geweest. In de jongere jaren van mijn carrière werkte ik bijvoorbeeld met Michael Schumacher. Hij was natuurlijk extreem getalenteerd, maar een groot deel van wat hem zo bijzonder maakte, was dat hij tijdens de race ook over andere aspecten kon nadenken. Je weet dat er onder de huidige coureurs ook een paar zijn die nog ruimte hebben om over andere zaken na te denken, terwijl sommige anderen al hun mentale capaciteit nodig hebben om te rijden.”

In 2026 kan die uitdaging nog iets groter worden, maar Tombazis is ervan overtuigd dat de coureurs ermee om kunnen gaan. “Dit zijn de beste coureurs ter wereld en ze beschikken over een enorme intellectuele reikwijdte. Ze kunnen zeker bepaalde problemen aan.” Het hoort volgens Tombazis bij de koningsklasse, zolang het maar de basisprincipes niet overschaduwt. “Ze moeten een bepaald begrip van deze parameters hebben, dat is volgens ons wat bij een topcoureur hoort. We willen alleen zorgen dat dit aspect niet de belangrijkste vaardigheid wordt. Het belangrijkste blijft namelijk nog steeds op de juiste momenten remmen, zo snel mogelijk door de bochten gaan, de juiste lijnen rijden, enzovoort. Dat moet nog steeds bepalen wie goed en wie slecht is. Ik zou de auto’s in ieder geval niet kunnen besturen!” sluit Tombazis met een lach af.